maandag 13 mei 2013

Een week op het water: Bevers dus.


We hebben een week vakantie op het water doorgebracht in het Maasplassengebied tussen Stevensweert en Venlo. Dat betekent natuurlijk ontmoetingen met bevers. Het weer werkte niet altijd mee, maar als het even kon ging ik zowel 's avonds als 's morgens vroeg met de kano op zoek.

Het begon bij de Bunkerhaven van Maasbracht, de locatie die ik pas ontdekte. Daar kon ik een bever prachtig filmen toen hij zittend op de dikke keien van de Maasoever een wilgentak pakte. Helaas nam de stroming me mee, ik kwam te dicht bij de bever en hij plofte weer het water in.

Bij de Asseltse Plassen zitten twee heel verschillende beverfamilies. Niet qua uiterlijk, maar qua gedrag. Dichtbij het gehucht Eind zijn de bevers heel schuw. De beverfamilie die richting Leeuwen woont is gemakkelijker te benaderen. Daar heb ik altijd succes. De pubers van vorig jaar waren druk bezig om de pasgeboren jongen die met hun moeder in de burcht zaten van kleine, verse blaadjes te voorzien.



Ondertussen hing mijn cameraval een nacht bij een beverdammetje in een kleine, smalle beek bij Vuilbemden. Vroeg in de morgen legde deze een bever vast die zojuist over de dam was gekomen.



 

Toen we in de jachthaven ten noorden van Venlo lagen kon ik mijn nieuwsgierigheid niet bedwingen om de ernaast gelegen industriehaven te onderzoeken op beversporen. Ik heb tenslotte al op de gekste plekken bevers gevonden. 
En ja hoor, je voelt hem al, ook daar zitten bevers. Midden tussen de ladende en lossende schepen hebben ze een hol gemaakt onder een struik. De ingang bovengronds, maar goed verborgen onder de takken. Een van de bevers hier is slechtziend. Een oog ziet er wazig uit, met een wit vlies er half voor.


Op de terugweg legden we aan in Kessel. Ten noorden van de jachthaven vond ik bij een klein plasje, vlak naast de Maas een takkenburchtje, wat verse knaagsporen en een duidelijke, uitgesleten wissel. 


's Avonds kon ik volop genieten van vier bevers in de oude jachthaven. Drie (bruine) subadulten sloofden zich uit om verse takjes aan te slepen, richting burcht. De moeder van dit bevergezin is zwart. Ik zag haar vlak bij de burcht. Driemaal knaagde ze een tak af, die ze mee naar binnen nam. Als ze zich oprichtte kon ik met het blote oog de gezwollen tepels zien. 
Jaren bevers kijken heeft me van alles geleerd. Zo weet ik inmiddels dat de moeders in de zoogperiode dicht bij de burcht blijven, een tak pakken en snel weer richting jongen verdwijnen. 
Op verschillende plekken heb ik deze vakantie jonge bevers horen piepen.

 

Mooi weer was het ondertussen allang niet meer. Niet prettig om te kanoën, maar ik heb nog wel een avond aan de waterkant gestaan in de bebouwde kom Roermond. Op Waarneming.nl had ik foto's gezien van een bever in de Hambeek, die wilde ik ook wel eens bewonderen. En dat lukte. Vanaf een brug kon ik een bever zien die lekker langs de oever aan het eten was. Toen ik die volop had gefilmd fietste ik nog even naar de Voorstad, in het centrum van de stad. Ook daar trof ik een bever aan, maar het was al bijna donker. Wel bijzonder, twee beverlocaties in de binnenstad.


Tot slot heb ik nog een avond tevergeefs staan bibberen van de kou in de buurt van sluis Linne, naast een plasje met een kleine burcht. Deze bevers waren misschien al vertrokken om ergens te eten. In de burcht hoorde ik geen jongen piepen.
 



Bij de Hatenboerplas zijn zoveel verse sporen dat hier misschien ook een nieuwe bevervestiging is, maar die heb ik (nog) niet gevonden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten